Dit rapport beschrijft de rol van dosis-effect relaties in de preventieve en actuele risicoschatting. Hiertoe wordt een globaal overzicht gegeven van de normstellings-procedure (preventieve risicoschatting) voor stoffen. De afgeleide normen worden verondersteld dusdanig conservatief te zijn, dat aangenomen kan worden dat er bij blootstellingen beneden de advieswaarden geen (onacceptabele) risico's zijn voor de humane populatie. Gezien de blootstellingsniveaus en de hiermee geassocieerde effecten is voor veel stoffen een nauwkeurige risicoschatting niet noodzakelijk. Voor sommige stoffen is echter een nauwkeurige (actuele) risicoschatting wel degelijk gewenst. Dit kan worden bepaald door de actuele blootstellingsniveaus, het voorkomen van gevoelige groepen binnen de humane populatie en de ernst van het effect. Uit een projectinventarisatie bleek dat de ontwikkeling van toxicokinetische modellen vordert, terwijl de ontwikkeling van toxicodynamische modellen nog in de opzetfase verkeert. Beschrijvende statistische modellen betreffen de blootstelling aan luchtverontreinigende stoffen en pathogene micro-organismen. Interspecies extrapolatie wordt in verschillende projecten bestudeerd, terwijl aan intraspeciesvariatie haast geen aandacht wordt besteed. Besloten wordt met de aanbeveling om dit rapport als basis voor een strategiediscussie te gebruiken.In this report the role of dose-effect relations in the preventive and actual risk assessment is discussed. It provides an overview of the standard setting procedure (preventive risk assessment) in the Netherlands and the need for methodologies in the actual risk assessment. The report is written as a base for internal RIVM discussions on strategy.RIV