research

Secundaire preventie na een residentiële ontwenningsbehandeling voor jongeren

Abstract

Verslaving is een complexe ziekte met een chronisch verloop en opeenvolgende crisissituaties die een acute aanpak vereisen. Het residentieel programma is een eerste stap in de behandeling. Hier wordt de basis gelegd voor een nieuw, clean leven. In de laatste fase van het residentieel programma ligt de nadruk op resocialisatie: de uitbouw van een nieuwe vriendenkring, zinvolle daginvulling, werk, hobby’s en huisvesting. Eens deze basis er is, wordt de patiënt ‘losgelaten’ en moet hij het waarmaken in het ‘echte’ leven. Hij moet de veiligheid en geborgenheid van de kliniek missen en hij is de eerste maanden na zijn ontslag uiterst kwetsbaar. Het is dan ook belangrijk dat de patiënt in die kwetsbare periode intensief kan opgevolgd worden. Tot nog toe werd de patiënt verwezen naar een ambulante setting met ongekende therapeuten, met wie hij geen binding heeft. De patiënt ziet dit meestal niet zitten en haakt vroegtijdig af, met vaak een herval als gevolg. Om deze ‘missing link’ tussen residentiële behandeling en een stabiel leven op te vullen, werd ons intensief nazorgprogramma ontwikkeld. Het nazorgproject legt de nadruk op een actieve participatie van hulpverlener, patiënt en zijn omgeving en een intensieve wisselwerking tussen de verschillende actoren. Er is een continuïteit van hulpverlening die de zaken verder kan opvolgen en direct kan interveniëren bij crisissituaties. Op deze manier kan vaak een herval vermeden worden of de schade beperkt gehouden

    Similar works