Houding van Vlaamse leerlingen uit het secundair onderwijs ten opzichte van euthanasie en andere beslissingen aan het levenseinde bij minderjarigen

Abstract

Kernwoorden: adolescenten, houding, besluitvorming, euthanasie, patiëntenparticipatie, onthouden van behandeling Achtergrond: De opzet van het onderzoek was na te gaan hoe leerlingen uit het secundair onderwijs staan tegenover de aanvaardbaarheid van verzoeken van minderjarigen om medische beslissingen aan het levenseinde (MBL’s), die een mogelijk levensverkortend effect hebben: niet-behandelbeslissingen, mogelijk levensverkortende pijn- en symptoomcontrole (PSC) en euthanasie. Methode: Een dwarsdoorsnedebevraging (cross-sectionele bevraging) werd uitgevoerd bij leerlingen van het tweede en vierde jaar in 20 secundaire scholen in Vlaanderen. Een anonieme gestructureerde vragenlijst werd gebruikt om de houding van de leerlingen te meten ten opzichte van de aanvaardbaarheid van verzoeken voor euthanasie en andere MBL’s; ten opzichte van het recht om geïnformeerd te worden over een terminale prognose en hun eigen wens hierover geïnformeerd te worden. Resultaten: In totaal deden 1769 leerlingen mee aan het onderzoek. In het geval van een terminale patiënt vond 61% een vraag om euthanasie aanvaardbaar, 60% vond een verzoek om PSC aanvaardbaar en 69% vond een verzoek om een niet-behandelbeslissing aanvaardbaar. Indien het om een niet-terminale patiënt ging, vond 18% een verzoek om euthanasie en 50% een verzoek om PSC aanvaardbaar. De aanvaarding was het grootst bij jongens, deelnemers ouder dan 14 jaar en deelnemers uit het algemeen secundair onderwijs (in vergelijking met deelnemers van het technisch en beroepsonderwijs). Zesenzestig procent vond dat het feit dat de mening van de ouders niet gevraagd was, een dokter ervan zou moeten weerhouden een dodelijk middel toe te dienen. Negentig procent van alle ondervraagden vond dat een minderjarige het recht heeft geïnformeerd te worden over de terminale prognose van een ziekte, terwijl 78% hierover zelf zou willen geïnformeerd worden. Besluit: De houding ten overstaan van MBL’s verschilde naargelang het geval, de kenmerken van de deelnemer en de soort MBL. De onderzochte adolescenten hebben een duidelijke wens om geïnformeerd te worden over terminale prognoses. Dokters en zorgverleners dienen adolescenten op een gepaste manier te betrekken bij de besluitvorming en informatie met betrekking tot de prognose dient te worden aangepast aan de noden en de graad van competentie van de adolescent

    Similar works

    Full text

    thumbnail-image