'Kinderen horen thuis' : Het verslag van een empirisch onderzoek naar de beleving van de kernboodschap ‘kinderen horen thuis’ door jongeren en hulpverleners in een organisatie voor jeugd- en opvoedhulp

Abstract

Dit is een scriptie over een kwalitatief onderzoek wat is uitgevoerd bij Lindenhout, een organisatie voor jeugd- en opvoedhulp. De Raad van Cliënten ( RvCl) heeft opdracht gegeven voor dit onderzoek. Zij wou dat er een onderzoek werd uitgevoerd bij jongeren op de residentiële groepen en hun betrokken hulpverleners naar de kernboodschap ‘kinderen horen thuis’ van Lindenhout. De onderzoeksvragen van dit onderzoek zijn: Hoe beleven jongeren (in flexibel en langdurig verblijf) en hun pedagogisch medewerkers en ambulant hulpverleners de kernboodschap ‘kinderen horen thuis’ van Lindenhout? En, welke mogelijke aanbevelingen voor dimensionering van deze kernboodschap kunnen worden gegeven? De methodiek van het onderzoek is gebaseerd op de interactieve methodologie. Naar aanleiding van de analyse van de gesprekken en gevoed door de kernboodschap zijn er twee hoofdlijnen ontstaan die het antwoord op de eerste onderzoeksvraag bevatten. Deze hoofdlijnen zijn: Verbinding met thuis en thuisvoelen op de groep? In de eerste hoofdlijn is naar voren gekomen hoe ouders betrokken zijn op de opvoeding van de jongeren tijden het verblijf op de groep, wat hierin belemmerende factoren zijn en wat de rol van Lindenhout hierin is; Of en hoe jongeren contact hebben met familie en vrienden en hoe het wonen op een groep hen hierin stimuleert of remt. In de tweede hoofdlijn is naar voren gekomen of jongeren zich prettig of thuis voelen op de groep en hoe ze het contact met groepsleiding en groepgenoten beleven. Tenslotte hebben jongeren verteld over de communicatie die ze hebben met Lindenhout. In de discussie en aanbevelingen is gewerkt aan de dimensionering van de kernboodschap. De belangrijkste aanbevelingen hebben betrekking op hoe de betrokkenheid van de ouders kan worden ingevuld, hoe het contact van de jongeren met de omgeving is en een aantal aspecten uit het pedagogisch klimaat. De empowerment-benadering wordt gesuggereerd als voedingsbodem voor de optimalisatie van bovengenoemde punten. Hiervoor is een cultuuromslag nodig waarbij er meer wordt gewerkt vanuit de kracht en mogelijkheden van de jongeren en de ouders. Om de empowerment-benadering optimaal in te kunnen voeren wordt de aanbeveling gedaan om dit onderzoek nogmaals volgens de interactieve methodologie uit te voeren. Daarnaast worden er aanbevelingen gedaan om een dialogische interregionale intervisievorm tussen pedagogisch medewerkers te organiseren. Op deze manier kan er meer kennis en creatieve oplossingen worden gegenereerd in situaties waarin de middelen beperkt zijn. Tenslotte worden er naar aanleiding van de bevindingen in het onderzoek enkele aanbevelingen gedaan met betrekking tot het ontwikkelen van kleinschalig wonen en het herinterpreteren van het begrip ‘thuis’ in de kernboodschap

    Similar works