thesis

WP 28 - The work-family balance in collective agreements more female employees, more provisions?

Abstract

h3. English summary No one will question that the share of women working in the Dutch labour market increased over the last decades. It is also apparent that there is a rapid development of childcare and other work-family balance provisions in collective labour agreements (CLAs): either these provisions are being included in collective agreements, or existing provisions are being expanded. The reasons for this are obvious: from the employee’s point of view, childcare provisions make it interesting for women to join or stay in the labour market; from the employer’s point of view, although it may be a costly issue, these provisions may help attract and retain female employees. The main question is the following: to what extent can the share of female employees covered by a CLA explain the presence of work-family provisions in CLAs? Furthermore, does the gender of the union negotiator have a significant additional affect? The DUCADAM dataset, a digital database on collective labour agreements in the Netherlands, is used to tackle these questions. The findings show that the hypothesised relationships do not exist. Appar-ently, the supply of work-family provisions in CLAs is not a response to female employees’ demands, nor is it affected by the negotiator’s gender. Rather, economical factors seem to underlie work-family developments in CLAs, as indicated by the positive correlation between work-family provisions and yearly wage increase levels. h3. Nederlandse samenvatting Het lijdt geen twijfel dat het percentage vrouwen op de Nederlandse arbeidsmarkt de afgelopen jaren is toegenomen. Het is ook bekend dat steeds meer kinderopvang– en andere werk-zorgregelingen in col-lectieve arbeidsovereenkomsten (CAO’s) worden opgenomen. De redenen hiervoor liggen voor de hand. Uit het oogpunt van de werknemer bezien maken kinderopvangregelingen het interessant voor de vrouwelijke werknemer om te gaan of blijven werken; uit het oogpunt van de werkgever bezien kunnen deze regelingen, hoewel kostbaar, helpen om vrouwelijke werknemers aan te trekken en te behouden. De kernvraag is: in hoeverre kan de aanwezigheid van werk-zorgregelingen in CAO’s verklaard worden door het aandeel vrouwen dat onder de CAO valt? Is verder het geslacht van de CAO-onderhandelaar van significant belang? Deze vragen worden beantwoord met behulp van de DUCADAM dataset, een digitale CAO-databank waarin Nederlandse CAO’s zijn opgeslagen. De resultaten van het onderzoek laten zien dat de veronderstelde verbanden niet bestaan. Blijkbaar zijn de werk-zorgontwikkelingen in CAO’s niet het antwoord op de vraag daarnaar door vrouwelijke werknemers, noch op het geslacht van de CAO-onderhandelaar. De verklaring lijkt gezocht te moeten worden in economische motieven, gezien de positieve samenhang tussen werk-zorgregelingen in de CAO en jaarlijkse structurele loonsverhoging.

    Similar works