De Handreiking Zorgschade en de daarin op te nemen Financiële paragraaf zijn in strijd met het geldende recht en het solidariteitsbeginsel, en met het wetsvoorstel dat de aanloop ertoe was. Dat is de conclusie van deze vier auteurs, die beargumenteren dat de keuzevrijheid van het letselschadeslachtoffer geheel is verdwenen, dat de voorgestelde tarieven op verschillende manieren niet kloppen, en dat de menselijke factor ontbreekt. Ze beginnen met een bespreking van de financieringsmogelijkheden van zorgschade, de jurisprudentie rond zorgschade en het wetsvoorstel Zorg- en affectieschade uit 2014. Daarna belichten ze de uitgangspunten van de Handreiking en de tarieven van de concept Financiële paragraaf. Ze vinden dat er onder de Handreiking een juridische bodem moet worden gelegd, met betrokkenheid van vertegenwoordigers van slachtoffers. Anders zou de wetgever alsnog moeten ingrijpen
