Contra-expertise op bepalingen van radioactiviteit in afvalwater en ventilatielucht van de kernenergiecentrale Borssele. Periode 2020 en 2021

Abstract

De kerncentrale Borssele (KCB) meet hoeveel radioactiviteit de centrale loost via het nucleair afvalwatersysteem en het nucleair ventilatiesysteem. Het RIVM controleert deze metingen acht keer per jaar. Met deze 'contra-expertise' controleert het RIVM of de analyses die de kerncentrale zelf uitvoert, betrouwbaar zijn. De KCB neemt de te analyseren monsters verspreid over het jaar. De gamma-analyses van afvalwater uit de contra-expertise in 2020 en 2021 kwamen op hoofdlijnen overeen met de resultaten van de kerncentrale. Enkele uitzonderingen gaan over het nuclide 60Co. Hoogstwaarschijnlijk is 60Co niet homogeen verdeeld in de verschillende monsters. Dit wil zeggen dat uit een monster van een liter afvalwater niet vier monsters van 0,25 liter met evenveel 60Co kunnen worden genomen. De overeenkomst in de 3H-data in afvalwater was voor 11 monsters goed, en voor 5 monsters matig. De overeenstemming kan worden verbeterd. De KCB en het RIVM hebben in 2020 en 2021 geen strontium-isotopen en alfa-activiteit in het afvalwater aangetroffen. In ventilatielucht hebben het RIVM en de KCB in de monsters uit 2020 geen activiteit aangetroffen. In de weekmonsters van de periode 5 en 6 uit 2021 is een zeer kleine hoeveelheid 131I aangetroffen. Dit levert vooreen denkbeeldig persoon die twee weken 8 uur per dag aan het hek van het terrein staat een bijdrage van 0,01 microsievert aan de totale jaardosis van ongeveer 2500 microsievert. De hoeveelheden 3H en 14C in ventilatielucht, bemonsterd met een zeolietpatroon, kwamen in 2020 goed en in 2021 matig tot redelijk overeen. Het RIVM voert de contra-expertises jaarlijks uit in opdracht van de Autoriteit Nucleaire Veiligheid en Stralingsbescherming (ANVS)

    Similar works

    Full text

    thumbnail-image

    Available Versions

    Last time updated on 30/11/2022