Imprints of CP violation induced by sterile neutrinos in T2K data

We investigate the impact of light ($\sim$ eV) sterile neutrinos in the long-baseline experiment T2K. We show that, within the 3+1 scheme, for mass-mixing parameters suggested by the short-baseline anomalies, the interference among the sterile and the atmospheric oscillation frequencies induces a new term in the $\nu_\mu \to \nu_e$ transition probability, which has the same order of magnitude of the standard 3-flavor solar-atmospheric interference term. We show, for the first time, that current T2K data, taken together with the results of the $\theta_{13}$-dedicated reactor experiments, are sensitive to two of the three CP-violating phases involved in the 3+1 scheme. Both the standard CP-phase and the new one ($\delta_{13} \equiv \delta$ and $\delta_{14}$ in our parameterization choice) tend to have a common best fit value $\delta_{13} \simeq \delta_{14} \simeq -\pi/2$. Quite intriguingly, the inclusion of sterile neutrino effects leads to better agreement between the two estimates of $\theta_{13}$ obtained, respectively, from reactors and T2K, which in the 3-flavor framework are slightly different.Comment: 11 pages; 8 figures; minor changes; matches version published in PR

Sequentiality in orthogonal term rewriting systems

AbstractFor orthogonal term rewriting systems Q. Huet and J.-J. Lévy have introduced the property of ‘strong sequentiality’. A strongly sequential orthogonal term rewriting system admits an efficiently computable normalizing one-step reduction strategy. As shown by Huet and Lévy, strong sequentiality is a decidable property. In this paper we present an alternative analysis of strongly sequential term rewriting systems, leading to two simplified proofs of the decidability of this property. We also compare some related notions of sequentiality that recently have been proposed

Die Effek Van Direkte Instruksie Oor Voegwoord-Gebruik Op Die Sintaktiese Kompleksiteit Van Narratiewe

No abstract available

Fasevoeding met maïsmeel bij biologisch melkvee

Fasevoeding met maïsmeel in de biologische veehouderij betekende voor de koeien in het begin van de lactatie een positieve energiebalans, maar een tegenvallende melkproductie. In de proef werd maïsmeel gebruikt om koeien in het begin van de lactatie extra energie te geven in vergelijking met een rantsoen met snijmaïs. De voeropname van de maïsmeel koeien was hoger, maar de melkgift lager. Daarmee hadden deze koeien een positieve energiebalans. De koeien die snijmaïs kregen, gaven meer melk en zij realiseerden een hoger saldo. Krachtvoeradvisering met DLM gaf een extra besparing op krachtvoer. Het systeem biedt kansen om zelf (of regionaal) geteelde granen op maat te voeren aan koeien

Dynamics of individual Brownian rods in a microchannel flow

We study the orientational dynamics of heavy silica microrods flowing through a microfluidic channel. Comparing experiments and Brownian dynamics simulations we identify different particle orbits, in particular in-plane tumbling behavior, which cannot be explained by classical Jeffery theory, and we relate this behavior to the rotational diffusion of the rods. By constructing the full, three-dimensional, orientation distribution, we describe the rod trajectories and quantify the persistence of Jeffery orbits using temporal correlation functions of the Jeffery constant. We find that our colloidal rods lose memory of their initial configuration in about a second, corresponding to half a Jeffery period.Comment: 5 pages, 4 figure

Naar een nieuwe Na-behoefte norm voor melkvee en verantwoorde Na-bemesting op grasland

Natrium is van invloed op de smakelijkheid van gras en daarmee op de grasopname en mogelijk ook op de melkproductie. Uit buitenlandse literatuur blijkt dat de drogestof opname het hoogst is bij een Na-gehalte tussen 2,5 – 5,5 g per kg ds, wat fors hoger is dan de fysiologische behoefte. Onder Nederlandse omstandigheden zijn echter geen experimentele gegevens voorhanden over de optimale Na-gehalten van gras. Anderzijds is het huidige bemestingsadvies verouderd, omdat dat alleen rekening houdt met de K- en Na-toestand van de grond, terwijl bekend is dat ook de bemesting met N, K, Na en Mg en de Mg-toestand van invloed kan zijn op het Na-gehalte in gras. Door rekening te houden met multi-nutriënt interacties kan een meer op maat Na-advies worden ontwikkeld waar mee gericht is te sturen op een gewenst Na-gehalte in gras. NMI en ASG hebben in een gezamenlijke studie in opdracht van Productschap Zuivel daarop onderzoek uitgevoerd i) voor de ontwikkeling van een nieuw Na-bemestingsadvies op basis van monitoring en praktijkproeven en ii) voor het bepalen van het optimale Na-gehalte in gras voor een maximale grasopname via een gerichte voederproef

Reflections on a Geometry of Processes

Contains fulltext : 32919.pdf (publisher's version ) (Open Access)Algebraic Process Calcul