22 research outputs found
Essays On Economic Cycles
Schumpeters gedachte over meervoudige economische golfbewegingen is verder onderzocht. Het bestaan van meervoudige cycli in economische variabelen is aangetoond. In kerninnovaties zijn vijf verschillende cycli aangetroffen. Verder zijn meervoudige cycli structuren gevonden in diverse macro-economische variabelen voor Groot-Brittanië, de Verenigde Staten en Nederland. Opmerkelijk is dat de lengten in jaren van de individuele cycli de Fibonacci reeks benaderen. Deze relatie is niet eerder aangetoond in de economie. De reeks keert regelmatig terug op tal van wetenschapsterreinen zoals de biologie, natuurkunde en astronomie. Deze is eveneens waar te nemen in de kunst, muziek en architectuur. Het bestaan van dit verband geeft een andere kijk op macro-economische relaties en op economische groei.
De meervoudige cyclus benadering is eveneens toegepast op de Nederlandse economie. Op basis van een 5 en 11 jarige cyclus in het Nederlandse Bruto Binnenlands Product (BBP) is een lange termijn voorspel model ontwikkeld. Tegelijk is een nieuwe real time indicator, ook wel” nowcast indicator”geheten, vaSchumpeter’s line of thought of multiple economic cycles is further investigated. The existence of multiple cycles in economic variables is demonstrated. In basic innovations five different cycles are found. Multiple cycle structures are shown in various macro-economic variables from the United Kingdom, the United States of America and the Netherlands. It is remarkable that the lengths in years of the individual cycles are similar to the Fibonnaci sequence. This relationship has never been found before in the economy. This sequence is well known in the scientific fields of biology, physics and astronomy. It can also be observed in art, music and architecture. The existence of this relationship gives a new perspective on macro- economic relationships and economic growth.
The multiple cycle approach is also applied to the Dutch economy. On the basis of a 5 and 11 year cycle present in the Dutch Gross Domestic Product (GDP) a long term forecast model is developed. At the same time a new real time indicator, also known as “nowcast indicator”, of Dutch GDP is developed. This indicator serves as a thermometer of the Dutch economy and is called the “Econometric Institute Current Indicator of the Economy” (EICIE). In contract to most other forecast models, which are much larger, this forecast model is based upon a single equation. The model is based on a single explanatory real variable, namely staffing data from Randstad Staffing Services
EICIE voorspelt 1.5% krimp
De op data van uitzendwerk en op de gereviseerde nationale
rekeningen van het CBS gebaseerde EICIE voorspelt een krimp
van het bbp van 1,5% in het tweede kwartaal van 2005 ten
opzichte van het tweede kwartaal van 2004. Met twee
achtereenvolgende kwartalen van krimp is Nederland in
een recessie beland
Real time estimates of GDP growth
This paper describes the components of the EICIE, the Econometric Institute Current Indicator of the Economy. This measure concerns quarterly and annual growth of Dutch real Gross Domestic Product. The key component of our real-time forecasting model for Dutch quarterly GDP is weekly staffin
Do Commercial Real Estate Prices Have Predictive Content for GDP
Using a uniquely compiled database concerning rental prices of commercial real estates, which are property of the largest broker in the Netherlands, we examine if these prices have predictive value for quarterly economic growth. In contrast to related studies, we document that the mean price contains no relevant information, whereas other properties of the price distributions have. We show that these distributions can be described by mixtures of two distributions, reflecting low-end and high-end price segments. Our main findings are that higher economic growth is predictable from more new buildings being rented, more variation in the price levels and a larger size of the low-price segment, while lower economic growth emerges when the differences
In 2005 groeide de economie met 1.0 procent
De EICIE voor het laatste kwartaal is 1,8 procent,
met een bandbreedte van 0,6. Dit betekent dat de
economie in 2005 groeide met 1,0 procent
Voorspellen in ongewisse tijden
De EICIE-indicator gaf voor het tweede kwartaal van 2005
een groeicijfer voor het bbp dat behoorlijk afweek van het
later verschenen officiële CBS-cijfer. De cijfers van het CBS
zijn aan flinke herzieningen onderhevig. Een eenvoudige correctiefactor,
zoals de auteurs gebruikten, blijkt helaas niet
bruikbaar. Inmiddels is het model achter de EICIE herijkt, ook
al zijn er maar bbp-gegevens voor een korte periode. Het
functioneert nu weer naar behoren
Het gaat goed met de economie
In het afgelopen halfjaar, heeft de EICIE laten zien dat
het een accurate voorspelling kan afgeven voor de economische
groei in het meest recente kwartaal. Gesterkt
door deze resultaten, wordt de EICIE voor het eerst
gegeven vlak na het kwartaal. In het eerste kwartaal van
2006 groeit de economie met 2,3 procent
Disentangling the enigma of multi-structured economic cycles
We study whether there is an interrelationship between the lengths of economic cycles. Such an interrelationship would be helpful to signal future economic downturns, thus to alleviate economic and societal distress. To detect the lengths of economic cycles, we introduce an improved method, where Fourier analysis is coupled with GARCH regression, mixed distribution estimation, and harmonic regression. We apply our methodology to detect cycles in percentage GDP growth in 25 OECD countries, and in Europe. The results indicate that in each economy, between two and five cycles are present. Cycles with a length between 5–6 years and between 9–10 years appear most frequently. A meta-analysis on the detected cycle lengths reveals that the ratio between the lengths of consecutive cycles often closely matches the golden ratio, . Interestingly, this finding opposes several existing theories about multi-cycle structures, which imply that the lengths of shorter cycles should be integer fractions of the lengths of longer cycles. Our paper thus provides a new direction for theory development regarding economic cycles and dynamic stability
Increased platelet reactivity is associated with circulating platelet-monocyte complexes and macrophages in human atherosclerotic plaques
Objective: Platelet reactivity, platelet binding to monocytes and monocyte infiltration play a detrimental role in atherosclerotic plaque progression. We investigated whether platelet reactivity was associated with levels of circulating platelet-monocyte complexes (PMCs) and macrophages in human atherosclerotic carotid plaques. Methods: Platelet reactivity was determined by measuring platelet P-selectin expression after platelet stimulation with increasing concentrations of adenosine diphosphate (ADP), in two independent cohorts: the Circulating Cells cohort (n = 244) and the Athero-Express cohort (n = 91). Levels of PMCs were assessed by flow cytometry in blood samples of patients who were scheduled for percutaneous coronary intervention (Circulating Cells cohort). Monocyte infiltration was semi-quantitatively determined by histological examination of atherosclerotic carotid plaques collected during carotid endarterectomy (Athero-Express cohort). Results: We found increased platelet reactivity in patients with high PMCs as compared to patients with low PMCs (median (interquartile range): 4153 (1585-11267) area under the curve (AUC) vs. 9633 (3580-21565) AUC, P<0.001). Also, we observed increased pl