357 research outputs found
De afkeer van volk en elite
Inleidend: In fatsoenlijke democratische politiek kan eenieders stem worden gehoord en
staan de ambten voor eenieder open. Voor democratische politiek gelden dus
geen kwalificaties, zoals bezit, opleiding of sociale status. De praktijk is anders,
betogen Anchrit Wille en Mark Bovens. Die is er een van ‘diplomademocratie’,
waarin de belangrijkste politieke functies bijna steeds worden vervuld door hoog,
of zeer hoog, opgeleide mensen. De huidige politiek is daarom eerder meritocratisch
dan democratisch te noemen, stellen zij. Dit is echter, zoals de auteurs ook
laten zien, niet altijd zo geweest, en het is ook niet overal zo. Het is een trend die
pakweg in de jaren zeventig van de vorige eeuw heeft ingezet en die in Nederland
bovendien sterker heerst dan in vergelijkbare landen, in ieder geval waar het gaat
om de volksvertegenwoordiging
Medialogica 2.0: politiek, burger en interactieve metaalmoeheid
Inleidend: Onderzoek naar de temperatuur van de samenleving levert al een jaar of vijf een constant, duidelijk beeld op. De burger is gelukkig, maar ontevreden. Dat wil zeggen: gelukkig met het eigen leven, maar ontevreden over de samenleving. In 2006 constateerde het NRC Handelsblad op basis van eigen onderzoek dat mensen zich zorgen maken over een verhardende samenleving en voortdurend twijfelen over de kwaliteit van de politieke besluitvorming. En volgens het onderzoek 21minuten.nl vindt de gemiddelde Nederlander in 2009 de samenleving ten opzichte van 2005 individualistischer en brutaler geworden. De kloof tussen hoe men de samenleving ziet en hoe men die zich zou wensen is op verschillende dimensies opvallend groot: te informeel en te weinig respect voor gezag; te
individualistisch en te weinig solidair; te brutaal en te weinig bescheiden; te veel gericht op materieel succes en te weinig op kwaliteit van leven; teveel gericht op prestatie en te weinig op gelijkheid
Interpassiviteit en de behoefte aan nieuw gezag
Introductie: ‘Respect!’ Zelden heeft een moreel geladen begrip zo’n snelle transformatie
doorgemaakt in het spraakgebruik als ‘respect’. Werd dit
woord vroeger op, inderdaad, respectvolle wijze uitgesproken als indicatie
van de erkenning van gezag en waardigheid van een opponent,
de laatste pakweg tien jaar hebben uitingen van respect een andere
strekking gekregen. Was de gezagsrelatie vroeger duidelijk en onomstreden,
nu wordt respect juist aangeroepen waar zij niet meer vanzelf
spreekt. Het is een bezweringsformule geworden voor situaties die
makkelijk uit de hand zouden kunnen lopen, voor confrontaties van
mondige individuen die niet meer weten hoe ze de sociale status van
hun gesprekspartner moeten vaststellen of waarderen. Respect verwijst
niet meer naar een vaste, duidelijke status. De aanroep ‘respect’
leidt hooguit tot respijt – een ambigue, instabiele opschorting van conflicten.
Wie in een conflictueuze situatie ‘respect’ zegt tegen een ander
en daarmee een tijdelijke détente creëert, geeft niet zozeer de ander
maar vooral zichzelf een pluim: ‘Best wel goed van mij dat ik me inhoud
en zo’n eikel als jij niet gewoon voor z’n harses sla’
Interpassive Agency: Engaging Actor-Network-Theory's View on the Agency of Objects
:With increasing frequency, questions about 'what things do' and 'evocative objects' pop up in philosophy and theoretical sociology. They direct our attention to an important phenomenon: the agency of objects. In this article, I contrast Bruno Latour's, and ANT's, view on the agency, or actancy, of objects with my own view of the 'interpassive' role of objects. In reaction to traditional interactivity, interpassivity indicates that our contribution to the realization of a work of art, or an institution, is now taken over by the artwork or institution itself. This is a consequence of the success of emancipation. Our emancipatory privilege to live only in accordance with norms we have interactively subscribed to, is now starting to turn into a burden: we feel an obligation to always live up to our emancipatory promise. Interpassivity, the inability to act according to norms we ourselves subscribe to, is a form of resistance to the pressures exerted by successful emancipation. In contrast with Latour's view that objects can become 'actors' but not for particular reasons, I argue that objects become actors because our interactivity is increasingly being 'outsourced' to them. Paradoxically, we need objects to relieve us from our emancipatory burden, in order to sustain our emancipatory ambition. In turn, the condition of interpassivity implies that objects may acquire a more emancipatory status. As carriers of interactive responsibilities, they now interact with us on a more equal footing. Certainly in that sense I agree with Latour/ANT that the agency of objects should be more seriously considered
- …