4 research outputs found
Winstuitkering bij ziekenhuiszorg
__Abstract__
Er zijn belangrijke redenen om instellingen voor medisch-specialistische
zorg vrij te stellen van het huidige verbod op winstuitkering,
zoals het kabinet voorstelt. De voorwaarden in het
voorliggende wetsvoorstel zijn echter deels weinig effectief in het
voorkomen van mogelijke negatieve gevolgen en deels onnodig
beperkend. Een naar zorgtype gedifferentieerde aanpak verdient
de voorkeur
Pleidooi voor een Wet toezicht kwaliteit zorgsector
__Abstract__
De afgelopen jaren zijn verschillende malen voorstellen gedaan om een algemene Toezichtwet
op het terrein van de zorg te maken. Deze voorstellen behelsden vaak niet meer
dan een globaal idee. Tot nu toe is nimmer onderzoek verricht naar de mogelijke opzet en
meerwaarde van een dergelijke Toezichtwet. In het kader van de onlangs door ons afgeronde
thematische wetsevaluatie bestuursrechtelijk toezicht op de kwaliteit van zorg1
kwam dit onderwerp nadrukkelijk bovendrijven. Een van de conclusies van deze evaluatie
is dat er goede gronden zijn voor de realisatie van een integrale Toezichtwet. Daarbij gaat
het in het bijzonder over de positie van de ‘leidende’ toezichthouder op het gebied van de
kwaliteit van zorg, de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ). In deze bijdrage werken
wij dit nader uit. In de eerste plaats gaan wij in op de lacunes in de huidige toezichtwetgeving
op het gebied van de kwaliteit van zorg. Daarna besteden wij aandacht aan eerdere
discussies met betrekking tot een Toezichtwet in de zorg. Vervolgens maken wij een uitstapje
naar een integrale toezichtwet in een andere maatschappelijke sector, namelijk het
onderwijs. Dit alles mondt uit in een pleidooi voor een nieuwe Wet toezicht kwaliteit zorgsector
en in een hoofdlijnenschets van deze wet
Thematische wetsevaluatie - Bestuursrechtelijk toezicht op kwaliteit van zorg
Samenvatting: Vertrouwen in toezicht
Het toezicht in de zorg staat sterk in de belangstelling. De verwachtingen dat beter toezicht bijdraagt
aan de kwaliteit van zorg zijn hooggespannen. Echter, de Gezondheidsraad stelde in zijn advies ‘Naar
evidence based toezicht’ van maart 2011 nog vast dat kennis over de effectiviteit van toezicht
grotendeels ontbreekt. En juist de afgelopen jaren is er sterke kritiek geweest op toezichthouders. Dit
maakt onderzoek naar het toezicht op de kwaliteit van zorg bij uitstek maatschappelijk relevant. In
deze thematische wetsevaluatie staat de vraag centraal of het samenstel van de wettelijke regels en het
bijbehorend instrumentarium voor het interne en het bestuursrechtelijk toezicht op de kwaliteit van
zorg en het samenspel van de actoren die zich hierop richten in staat is om kwalitatief verantwoorde
zorg op doelmatige en doeltreffende manier te bewaken en te bevorderen en, voor zover dit niet het
geval is, welke suggesties ter verbetering vanuit de evaluatie kunnen worden aangedragen.
Toezicht op de (kwaliteit van) zorg wordt in welgeteld 26 bijzondere wetten geregeld, naast meer
algemene wetgeving als de Awb. In deze thematische wetsevaluatie zijn wij met name geïnteresseerd
in de wijze waarop het toezicht op de uitvoering van deze wetten is geregeld, hoe dit toezicht in de
praktijk gestalte krijgt en welke effecten dit sorteert. We behandelen deze vragen niet voor alle
wetten met evenveel diepgang maar zijn juist geïnteresseerd in het overall functioneren van het
bestuursrechtelijk toezicht.
Het historische vertrekpunt van dit onderzoek ligt bij 1990. Vanaf die periode vindt de omslag van het
denken plaats van – samengevat – de overgang van overheidsregulering naar zelfregulering met
toenemende nadruk op toezicht. In die periode vonden ook de eerste Leidschendam-conferenties
plaats over kwaliteit van zorg, met als sluitstuk de inwerkingtreding van de Kwaliteitswet zorginstellingen
op 1 april 1996. Kort daarvoor trad de Wet klachtrecht cliënten zorgsector in werking
(1 augustus 1995). Beide wetten markeren een ingrijpende wijziging in de rol en taken van het Staatstoezicht
op de volksgezondheid. In 1995 vond ook de fusie plaats van de voormalige onderdelen van
het Staatstoezicht tot de huidige Inspectie voor de Gezondheidszorg