4 research outputs found

    Remifentanil for labour analgesia

    Get PDF
    Labour pain is considered as severe pain. Epidural analgesia is the most effective and a preferred method of labour analgesia. Remifentanil patient-controlled analgesia (PCA) is an alternative to epidural analgesia when not available, not desired or contraindicated. Remifentanil -a synthetic opioid- is associated with hypoventilation and respiratory depression but the frequency of serious maternal and neonatal adverse events is unknown. This thesis provides information to make a thorough decision on the place of remifentanil-PCA as an appropriate method for pain relief during labour. We conducted a randomised controlled equivalence trial in which we compared satisfaction with pain relief between epidural analgesia and remifentanil-PCA. In secondary analyses we studied the association between fear of childbirth and pharmacological pain relief and whether we could identify women with a request for pain relief who would be as satisfied with remifentanil-PCA compared to epidural analgesia. Afterwards we assessed the current use of remifentanil-PCA and the number of serious adverse events (SAE) attributed to remifentanil-PCA in The Netherlands. We concluded that remifentanil-PCA is used on a large scale in The Netherlands despite lower satisfaction with pain relief compared to epidural analgesia. Although we showed that the risk for an SAE is extremely low, the adherence to strict maternal monitoring and attendance of trained healthcare providers are essential to safely use remifentanil-PCA. To guarantee safe administration of remifentanil-PCA, compliance to the Standard Operating Procedure and maternal monitoring methods have to be improved. If these conditions are met remifentanil-PCA could be an appropriate method for labour analgesia

    Praktijkvariatie in het gebruik van remifentanil tijdens de partus: een beeld van de toepassing in de Nederlandse ziekenhuizen.

    No full text
    Doel: Onderzoeken (a) frequentie van het gebruik van patiëntgecontroleerde toediening van remifentanil (remifentanil-PCA) durante partu in Nederland; (b) wat motieven zijn om remifentanil-PCA al dan niet aan te bieden; (c) voor welke vrouwen remifentanil-PCA beschikbaar is; en (d) welke maternale monitoring wordt toegepast. Opzet: Beschrijvend vragenlijstonderzoek. Methode: Alle 81 Nederlandse ziekenhuizen met een verlosafdeling ontvingen een vragenlijst over de volgende onderwerpen: (a) beschikbare methoden voor farmacologische pijnbehandeling; (b) motieven van gynaecologen om remifentanil-PCA wel of niet aan te bieden; (c) de doelgroep voor remifentanil-PCA; (d) maternale monitoring; en (e) Perined-gegevens uit 2016. Wij vroegen de ziekenhuisapothekers naar aantallen ampullen remifentanil die zij in de periode 2016-2017 geleverd hadden. Resultaten: De vragenlijst werd door 81 gynaecologen (100%) ingevuld. In 59 (73%) van de 81 ziekenhuizen was remifentanil-PCA beschikbaar. In deze ziekenhuizen werd remifentanil-PCA bij gemiddeld 23% van de partussen toegepast (uitersten: 16-56%). In 34 (58%) van deze 59 ziekenhuizen was remifentanil-PCA voor alle vrouwen beschikbaar en in 25 (42%) voor een selecte groep. De meest genoemde motieven om remifentanil-PCA beschikbaar te stellen waren ‘de wenselijkheid van een alternatief voor epidurale analgesie’ en ‘op verzoek van zwangeren’, respectievelijk 55 keer (93%) en 46 keer (78%). In ziekenhuizen waar remifentanil-PCA niet beschikbaar was, waren ‘betere pijnbehandeling door epidurale analgesie’, ‘het risico op ernstige maternale bijwerkingen’ en ‘onvoldoende mogelijkheden voor observatie op verloskamers’ de belangrijkste motieven voor dit beleid. Conclusie: Er is aanzienlijke variatie in de toepassing van remifentanil-PCA durante partu in Nederland. Remifentanil-PCA is in het merendeel van de ziekenhuizen beschikbaar voor alle vrouwen. De belangrijkste motieven van gynaecologen zijn ‘de wenselijkheid van een alternatief voor epidurale analgesie’ en ‘op verzoek van zwangeren’. (aut. ref.
    corecore