21 research outputs found

    Estimation of minimally important differences in EQ-5D utility and VAS scores in cancer

    Get PDF
    <p>Abstract</p> <p>Background</p> <p>Understanding what constitutes an important difference on a HRQL measure is critical to its interpretation. The aim of this study was to provide a range of estimates of minimally important differences (MIDs) in EQ-5D scores in cancer and to determine if estimates are comparable in lung cancer.</p> <p>Methods</p> <p>A retrospective analysis was conducted on cross-sectional data collected from 534 cancer patients, 50 of whom were lung cancer patients. A range of minimally important differences (MIDs) in EQ-5D index-based utility (UK and US) scores and VAS scores were estimated using both anchor-based and distribution-based (1/2 standard deviation and standard error of the measure) approaches. Groups were anchored using Eastern Cooperative Oncology Group performance status (PS) ratings and FACT-G total score-based quintiles.</p> <p>Results</p> <p>For UK-utility scores, MID estimates based on PS ranged from 0.10 to 0.12 both for all cancers and for lung cancer subgroup. Using FACT-G quintiles, MIDs were 0.09 to 0.10 for all cancers, and 0.07 to 0.08 for lung cancer. For US-utility scores, MIDs ranged from 0.07 to 0.09 grouped by PS for all cancers and for lung cancer; when based on FACT-G quintiles, MIDs were 0.06 to 0.07 in all cancers and 0.05 to 0.06 in lung cancer. MIDs for VAS scores were similar for lung and all cancers, ranging from 8 to 12 (PS) and 7 to 10 (FACT-G quintiles).</p> <p>Discussion</p> <p>Important differences in EQ-5D utility and VAS scores were similar for all cancers and lung cancer, with the lower end of the range of estimates closer to the MID, i.e. 0.08 for UK-index scores, 0.06 for US-index scores, and 0.07 for VAS scores.</p

    Provincial environmental scenarios-evaluation of a study in the province of Gelderland

    No full text
    Dit rapport geeft een evaluatie van een in 1983 uitgevoerd haalbaarheidsonderzoek naar de mogelijkheden om op provinciaal niveau een lange termijn milieuverkenning (milieuscenario) op te stellen. Aandacht is besteed aan: - maatschappelijke ontwikkelingen die op enigerlei wijze het milieu beinvloeden zoals economische groei, overheidsbeleid en regionale activiteiten ; - fysieke ingrepen in het milieu die veroorzaakt worden door regionale activiteiten; daartoe is een zgn. ecosysteem- en soortmethode verder ontwikkeld; - verontreiniging van het milieu, waarbij een selectieprocedure is ontwikkeld om tot een gewenst niveau van scenario-ontwikkeling te komen (emissie, belasting, concentratie, effecten) ; - effecten van ingrepen en verontreinigingen op doelstellingen van het milieubeleid (volksgezondheid, milieugebruiksfuncties en natuurbehoud).DGMH/B / VaartJ.van de
    corecore