18 research outputs found

    Physiotherapy for Chronic Neck Pain: Evaluation of a biopsychosocial approach

    Get PDF
    __Abstract__ Neck pain is a common complaint that causes substantial morbidity in western countries. Reported prevalence in the general population ranges from 9.5% to 22%, and the 12-month (point) prevalence estimates ranges from 30% to 50%. It is suggested that two thirds of individuals may at least once in their lifetime experience neck pain; it is more often reported by women than men. Patients with neck complaints generally also complain of neck stiffness and reduced mobility. Between 5% and 20% of neck pain patients will have a signifi cant disabling problem. In the Netherlands, neck pain is one of the three most-reported musculoskeletal pains with estimated total related costs in 1996 of US $686.2 million (€526.24 million), representing about 1% of the total Dutch health care expenditure

    Effectiveness of behavioural graded activity compared with physiotherapy treatment in chronic neck pain: design of a randomised clinical trial [ISRCTN88733332]

    Get PDF
    BACKGROUND: Chronic neck pain is a common complaint in the Netherlands with a point prevalence of 14.3%. Patients with chronic neck pain are often referred to a physiotherapist and, although many treatments are available, it remains unclear which type of treatment is to be preferred. The objective of this article is to present the design of a randomised clinical trial, Ephysion, which examines the clinical and cost effectiveness of behavioural graded activity compared with a physiotherapy treatment for patients with chronic non-specific neck pain. METHODS: Eligible patients with non-specific neck pain persisting longer than 3 months will be randomly allocated to either the behavioural graded activity programme or to the physiotherapy treatment. The graded activity programme is based on an operant approach, which uses a time-contingent method to increase the patient's activity level. This treatment is compared with physiotherapy treatment using a pain-contingent method. Primary treatment outcome is the patient's global perceived effect concerning recovery from the complaint. Global perceived effect on daily functioning is also explored as primary outcome to establish the impact of treatment on daily activity. Direct and indirect costs will also be assessed. Secondary outcomes include the patient's main complaints, pain intensity, medical consumption, functional status, quality of life, and psychological variables. Recruitment of patients will take place up to the end of the year 2004 and follow-up measurement will continue until end 2005

    [Kwetsbaar en eenzaam?:] Summary

    No full text

    Eenzaamheid als individueel en maatschappelijk probleem

    No full text

    Kwetsbaar en eenzaam?: Risico’s en bescherming in de ouder wordende bevolking

    No full text
    Eenzaamheid wordt beschouwd als zowel een individueel als een maatschappelijk probleem met negatieve gevolgen voor de persoonlijke gezondheid en de maatschappelijke participatie. Op eenzaamheid rust ook een taboe en het is lastig op te sporen. Het ontstaan van eenzaamheid lijkt een nauwelijks merkbaar geleidelijk proces van het opeen stapelen van risicofactoren zoals een kleiner wordend sociaal netwerk, ziek worden en minder regie ervaren over het leven. De omkering van deze factoren beschermen juist tegen eenzaamheid. Doel van deze studie is om inzicht te geven in de factoren die een rol spelen bij het ontstaan van eenzaamheid in de levensloop, met name in de tweede levenshelft, en te laten zien hoe eenzaamheid samenhangt met kwaliteit van leven. Na een overzicht van wat bekend is uit bestaand onderzoek, brengen we in deelstudies voor verschillende populaties in beeld welke factoren samenhangen met eenzaamheid in de ouder wordende bevolking. We onderzoeken zowel cohorten als de individuele levensloop van ouderen. Daarnaast bestuderen twee kwetsbare groepen die langdurig zorg en ondersteuning ontvangen: verpleeghuisbewoners en mensen die een ondersteuningsbehoefte hebben op het gebied van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). Tot slot onderzoeken we de samenhang tussen eenzaamheid en kwaliteit van leven bij deze kwetsbare mensen. Er zijn verschillende benaderingen om eenzaamheid te onderzoeken. In dit rapport nemen we de cognitieve discrepantie benadering als vertrekpunt. Deze stelt dat eenzaamheid het gevolg is van de evaluatie van de ervaren discrepantie tussen de werkelijke en de gewenste sociale relaties. We definiëren eenzaamheid als het ervaren van een gemis aan (kwaliteit van) bepaalde sociale relaties. De ervaring van eenzaamheid kan variëren van een matig of onplezierig tot een sterk of ontoelaatbaar gemis. Eenzaamheid is gemeten met de originele of verkorte gemis-intensiteitsschaal (elf en zes vragen) (De Jong Gierveld en Kamphuis 1985, De Jong Gierveld en Van Tilburg 1999). Op basis van de schaalscore zijn respondenten ingedeeld in drie categorieën: geen, matige of sterke eenzaamheid

    [Kwetsbaar en eenzaam?:] Summary

    No full text
    corecore