2 research outputs found

    “Mag ik deze dans van jullie?”: een conversatie analytisch onderzoek naar de participatie en karakteristieke aspecten van het arts-ouder-kind gesprek.

    Get PDF
    Inleiding De mogelijkheden van de patiënt om tijdens het arts-patiënt gesprek te participeren worden beperkt door de institutionele setting waarin het gesprek plaatsvindt. Deze setting zorgt voor een vaste structuur en brengt gespreksdoelen met zich mee die voornamelijk gericht zijn op de arts. Binnen het arts-ouder-kind gesprek wordt niet alleen een extra gespreksdeelnemer toegevoegd aan het klassieke arts-patiënt gesprek, maar die deelnemer is ook nog een kind. De participatiemogelijkheden van de gespreksdeelnemers binnen een arts-ouder-kind gesprek komt daardoor verder in het geding en dat staat in dit onderzoek centraal. Methode Op een polikliniek kindergeneeskunde zijn in de zomer van 2012 zes gesprekken tussen arts, ouder en kind op video opgenomen. De kinderen die aan het onderzoek meededen waren op het moment van opname tussen 7 en 10 jaar oud, hebben allemaal al langer een vorm van astma en kwamen ter controle op het spreekuur. Om de participatiemogelijkheden van de gespreksdeelnemers in een arts-ouder-kind gesprek nader te bestuderen, is het onderzoek opgedeeld in drie thema’s: de structuur van het controlegesprek, de participatie van de gespreksdeelnemers en het gebruik van illustratietechnieken. Resultaten en conclusie Karakteristiek voor de structuur van het controlegesprek tussen arts, ouder en kind is de wijze waarop de arts de anamnese interactioneel vormgeeft. Eerst praat hij met het kind, daarna met de ouder. De wijze waarop de arts de openingsvraag stelt en de anamnese vormgeeft zorgt ervoor dat de kans voor het kind om te participeren tijdens het medische consult vergroot wordt. In de onderzochte gesprekken heeft de ouder ten opzichte van het kind een ondersteunende rol. Wanneer de ouder zich tijdens het eerste deel van de anamnese - waarin de arts met het kind in gesprek is - selecteert, laat de ouder voornamelijk zien dat hij betrokken is bij het kind door hem te ondersteunen. Daarbij kan gesteld worden dat de arts deze functie van de ouder waardeert: de uitspraken met deze functie en in deze sequentiële positie werden door de arts als wezenlijk beschouwd. De illustratietechnieken worden in dit onderzoek, in tegenstelling tot de literatuur, door de gespreksdeelnemers niet gebruikt om hun expertise te tonen, maar om elkaar in te laten leven in een bepaalde situatie. Het is daarom niet verwonderlijk dat de meerderheid van alle illustraties geuit worden tijdens de anamnese.

    "Mag ik deze dans van jullie?"

    No full text
    Inleiding De mogelijkheden van de patiënt om tijdens het arts-patiënt gesprek te participeren worden gelimiteerd door de institutionele setting waarin het gesprek plaatsvindt. Deze setting zorgt voor een vaste structuur en brengt gespreksdoelen met zich mee die voornamelijk gericht zijn op de arts. Er wordt binnen het arts-ouder-kind gesprek niet alleen een extra gespreksdeelnemer toegevoegd aan het klassieke arts-patiënt gesprek, tevens is deze deelnemer een kind. Vanuit deze visie kan gesteld worden dat de participatiemogelijkheden van de gespreksdeelnemers binnen een arts-ouder-kind gesprek verder in het geding komen wat in dit onderzoek centraal staat. Methode In samenwerking met een kinderarts is er een corpus samengesteld van zes controlegesprekken tussen arts, ouder en kind. De kinderen die aan het onderzoek meededen waren op het moment van opname tussen de 7 en 10 jaar oud en hebben allemaal een vorm van astma. De gesprekken zijn op video opgenomen in de zomer van 2012. Om de participatiemogelijkheden van de gespreksdeelnemers in een arts-ouder-kind gesprek nader te bestuderen, is het onderzoek opgedeeld in drie thema’s: de structuur van het controlegesprek, de participatie van de gespreksdeelnemers en het gebruik van illustratietechnieken. Resultaten en conclusie Karakteristiek voor de structuur van het controlegesprek tussen arts, ouder en kind is de wijze waarop de arts de anamnese interactioneel vormgeeft. Eerst praat hij met het kind, daarna met de ouder. De wijze waarop de arts de openingsvraag stelt en de anamnese vormgeeft zorgt ervoor dat de kans voor het kind om te participeren tijdens het medische consult vergroot wordt. In de onderzochte gesprekken heeft de ouder ten opzichte van het kind een ondersteunende rol. Wanneer de ouder zich tijdens het eerste deel van de anamnese - waarin de arts met het kind in gesprek is - selecteert, laat de ouder voornamelijk zien dat hij betrokken is bij het kind door hem te ondersteunen. Daarbij kan gesteld worden dat de arts deze functie van de ouder waardeert: de uitspraken met deze functie en in deze sequentiële positie werden door de arts als wezenlijk beschouwd. De illustratietechnieken worden in dit onderzoek, in tegenstelling tot de literatuur, door de gespreksdeelnemers niet gebruikt om hun expertise te tonen, maar om elkaar in te laten leven in een bepaalde situatie. Het is daarom niet verwonderlijk dat de meerderheid van alle illustraties geuit worden tijdens de anamnese.
    corecore