62 research outputs found

    Granulocytes mediates the Fas-L-associated apoptosis during lung metastasis of melanoma that determines the metastatic behaviour

    Get PDF
    The survival of tumour cells in a new tissue environment is crucial for tumour metastasis. Factors contributing to the death of tumour cells during metastasis are not completely understood. In murine melanoma model, activation of Fas (CD95, APO-1) signal in tumour cells reduces their lung metastasis potential, which may be associated with an induction of apoptosis in tumours. To elucidate the cellular mechanism, we used a Fas-ligand (Fas-L) specific ribozyme (Fas-Lribozyme) to suppress the expression of Fas-L but not Fas or TNF-α in B16F10 melanoma cells. The Fas-Lribozyme-carrying cells grew slightly faster in vitro with better viability than controls. Suppression of Fas-L in B16F10 melanoma cells by Fas-Lribozyme enhanced lung metastasis of the cells in C57BL/6 mice, and that was correlated with reductions in both apoptotic tumour cells and granulocytic infiltration. Mice depleted of granulocytes, but not CD4+ and CD8+ cells, showed a greatly elevated susceptibility to lung metastasis. Moreover, apoptosis in tumour cells was significantly reduced in granulocyte-depleted mice during the course of tumour formation. Taken together, our findings indicate that Fas-L-associated apoptosis in tumour cells determines the metastasis behaviour of melanoma in the lung and this apoptosis is primarily mediated by the cytotoxicity of recruited granulocytes

    Vervoer op maat: Evaluatie systeemopzet deur-tot-deur-vervoer. Tweede rapportage

    No full text
    Rapport in opdracht van de Rotterdamse Elektrische Tram. In het kader van de Wet Voorzieningen Gehandicapten functioneert in Rotterdam sinds 1 april 1994 het 'Vervoer-op-Maat'-systeem. Dit systeem biedt (o.a.) deur-tot-deurvervoer via een combinatie van opgeroepgestuurde voertuigen binnen een achttal districten en de volgens een starre dienstregeling rijdende IntraStadsLijn (ISL) voor de verbindingen tussen deze districten. In dit onderzoek wordt ingegaan op de efficiency van deze opsplitsing in twee componenten van het totale deur-tot-deur-vervoer, waarbij ook rekening is gehouden met een eventuele toekomstige toename van de vervoervraag. Hiertoe is, met behulp van het ook in de dagelijkse praktijk gebruikte planningsprogramma QuoVadis, voor vier verschillende vraagscenario's een vergelijking gemaakt tussen drie systeemalternatieven: de huidige systeemopzet, een systeem zonder ISL (waarbij dus alle verplaatsingen rechtstreeks met oproepgestuurde voertuigen gemaakt worden) en een systeem waarbij de ISL alleen gebruikt wordt voor verplaatsingen tussen twee nietaangrenzende districten. Op basis van deze analyse blijkt bij de huidige vervoeromvang (ca. 1300 verplaatsingen per dag) een systeem zonder ISL tegen lagere kosten te kunnen worden geëxploiteerd dan het huidige systeem met ISL. Een omslagpunt, waarbij het huidige systeem voordeliger wordt, treedt op als de vervoervraag ongeveer zou verdubbelen. Belangrijke onzekerheden worden echter nog gevormd door de mate waarin bij een dergelijke vervoeromvang capaciteitsuitbreiding noodzakelijk is (dit zou leiden tot een verhoging van het omslagpunt) en een mogelijke toename van het aandeel lange-afstandsverplaatsingen in een systeem zonder ISL (hetgeen naar verwachting zou leiden tot een verlaging van het omslagpunt).Transport and PlanningCivil Engineering and Geoscience

    Systeemopbouw openbaar vervoer in stedelijke gebieden: Verslag studiereis

    No full text
    Rapport in opdracht van Projectbureau Integrale Verkeers- en Vervoerstudies. In dit rapport wordt verslag gedaan van een studiereis die in het kader van de studie 'Systeemopbouw openbaar vervoer in stedelijke gebieden' in oktober 1992 is gemaakt naar een aantal Duitse steden van verschillende omvang, te weten Hamburg, Lübeck, Hannover, Wunstorf en Berlijn. Het bezoek aan iedere stad viel uiteen in twee delen: \u95 ontvangst bij en discussie met de planningsafdeling van het plaatselijke openbaar- vervoerbedrijf; \u95 bezichtiging van het openbaar-vervoerbedrijf in de praktijk. Bij de bezoeken aan de plaatselijke openbaar-vervoerbedrijven is steeds aandacht besteed aan een aantal vaste onderwerpen (voor zover relevant): \u95 Wat zijn de functies van de verschillende stelsels / systemen? \u95 Zijn er kwaliteitseisen of -kentallen voor het openbaar vervoer? \u95 Zijn er expliciete planningsconcepten voor het openbaar-vervoernetwerk? \u95 Bestaat er een functiescheiding binnen het bussysteem?. \u95 Worden er relaties gelegd tussen vervoerplanning en ruimtelijke ordening?Transport and PlanningCivil Engineering and Geoscience

    Vervoer op maat: Evaluatie systeemopzet deur-tot-deur-vervoer

    No full text
    Rapport in opdracht van de Rotterdamse Elektrische Tram. In het kader van de Wet Voorzieningen Gehandicapten functioneert in Rotterdam sinds 1 april 1994 het 'Vervoer-op-Maat'-systeem. Dit systeem biedt (o.a.) deur-tot-deurvervoer via een combinatie van opgeroepgestuurde voertuigen binnen een achttal districten en de volgens een starre dienstregeling rijdende IntraStadsLijn (ISL) voor de verbindingen tussen deze districten. In dit onderzoek wordt ingegaan op de efficiency van deze opsplitsing in twee componenten van het totale deur-tot-deur-vervoer, waarbij ook rekening is gehouden met een eventuele toekomstige toename van de vervoervraag. Hiertoe is, met behulp van het ook in de dagelijkse praktijk gebruikte planningsprogramma QuoVadis, voor vier verschillende vraagscenario's een vergelijking gemaakt tussen drie systeemalternatieven: de huidige systeemopzet, een systeem zonder ISL (waarbij dus alle verplaatsingen rechtstreeks met oproepgestuurde voertuigen gemaakt worden) en een systeem waarbij de ISL alleen gebruikt wordt voor verplaatsingen tussen twee nietaangrenzende districten. Op basis van deze analyse blijkt bij de huidige vervoeromvang (ca. 1300 verplaatsingen per dag) een systeem zonder ISL tegen lagere kosten te kunnen worden geëxploiteerd dan het huidige systeem met ISL. Een omslagpunt, waarbij het huidige systeem voordeliger wordt, treedt op als de vervoervraag ongeveer zou verdubbelen. Belangrijke onzekerheden worden echter nog gevormd door de mate waarin bij een dergelijke vervoeromvang capaciteitsuitbreiding noodzakelijk is (dit zou leiden tot een verhoging van het omslagpunt) en een mogelijke toename van het aandeel lange-afstandsverplaatsingen in een systeem zonder ISL (hetgeen naar verwachting zou leiden tot een verlaging van het omslagpunt).Transport and PlanningCivil Engineering and Geoscience

    Verkeers- en vervoerseffecten van bedrijfsverplaatsingen

    No full text

    Visie regionaal openbaar vervoer: Advies aan IPO. Deel I: Hoofdrapport

    No full text
    Rapport in opdracht van het Interprovinciaal Overlegorgaan (IPO). Volgens het VERDI-convenant krijgen de Provincies de regie over het regionale integrale verkeers- en vervoerbeleid. Tevens zullen het interlokale openbaar vervoer en de coördinerende rol voor de afstemming tussen het stads- en streekvervoer tot de verantwoordelijkheid van de provincies gaan behoren. In bovenstaand kader is deze studie uitgevoerd, met als doel het ontwikkelen van een ontwerpmethodiek voor regionale openbaar-vervoernetwerken en de toepassing op een aantal cases. De hoofdkenmerken van de ontwikkelde ontwerpmethodiek zijn: - Ontwerp elk stelsel (internationaal, nationaal, regionaal, etc) afzonderlijk; - Kies bij het ontwerpen van een stelsel primair voor een top-down benadering, met een terugkoppeling bottom-up; - Stel in eerste instantie het ideaaltypische netwerk vast, los van de vervoertechniek; confronteer dit netwerk vervolgens met de bestaande infrastructuur; - Bepaal eerst de toegangspunten (haltes/stations) die in het net moeten worden opgenomen en daarna de schakels; - Ontwerp primair op basis van kernenhiërarchie; confronteer dit ontwerp pas in tweede instantie met de potentiële vervoerstromen. De ontwerpmethodiek is toegepast voor het nationale en interregionale netwerk; voor het regionale openbaar vervoer is de methodiek nader uitgewerkt en toegepast op drie voorbeeldgebieden, te weten de Provincies Utrecht, Overijssel en Noord-Holland. In dit hoofdrapport ligt de nadruk op de methodiek. De voorbeelduitwerkingen worden slechts summier behandeld. Voor een volledige behandeling wordt verwezen naar het raport deel II (Voorbeelduitwerkingen).Transport and PlanningCivil Engineering and Geoscience

    Visie regionaal openbaar vervoer: Advies aan IPO. Deel II: Voorbeelduitwerkingen

    No full text
    Rapport in opdracht van het Interprovinciaal Overlegorgaan (IPO). Volgens het VERDI-convenant krijgen de Provincies de regie over het regionale integrale verkeers- en vervoerbeleid. Tevens zullen het interlokale openbaar vervoer en de coördinerende rol voor de afstemming tussen het stads- en streekvervoer tot de verantwoordelijkheid van de provincies gaan behoren. In bovenstaand kader is deze studie uitgevoerd, met als doel het ontwikkelen van een ontwerpmethodiek voor regionale openbaar-vervoernetwerken en de toepassing op een aantal cases. De hoofdkenmerken van de ontwikkelde ontwerpmethodiek zijn: - Ontwerp elk stelsel (internationaal, nationaal, regionaal, etc) afzonderlijk; - Kies bij het ontwerpen van een stelsel primair voor een top-down benadering, met een terugkoppeling bottom-up; - Stel in eerste instantie het ideaaltypische netwerk vast, los van de vervoertechniek; confronteer dit netwerk vervolgens met de bestaande infrastructuur; - Bepaal eerst de toegangspunten (haltes/stations) die in het net moeten worden opgenomen en daarna de schakels; - Ontwerp primair op basis van kernenhiërarchie; confronteer dit ontwerp pas in tweede instantie met de potentiële vervoerstromen. De ontwerpmethodiek is toegepast voor het nationale en interregionale netwerk; voor het regionale openbaar vervoer is de methodiek nader uitgewerkt en toegepast op drie voorbeeldgebieden, te weten de Provincies Utrecht, Overijssel en Noord-Holland. In dit rapport worden uitsluitend de voorbeelduitwerkingen behandeld. Voor de achtergronden en de beschrijving van de methodiek wordt verwezen naar het hoofdrapport (deel I).Transport and PlanningCivil Engineering and Geoscience
    • …
    corecore