The behavioral determinants of breast-feeding in The Netherlands: predictors for the initiation of breast-feeding

The aim of this study was to evaluate the behavioral determinants of the initiation of breast-feeding at birth. The prospective cohort study used the attitude, social influence, self-efficacy (ASE) model in 373 pregnant women in five child health care centers. Prenatally, 72 % of the women had the intention to breast-feed, and 73% actually started with breast-feeding at birth. Mothers who initiated breast-feeding differed in almost all the atti-tude, social influence, and self-efficacy determinants from mothers who initiated formula feeding. Intention was a very strong predictor of the initiation of breast-feeding. The components of the ASE model predicted the initia-tion of breast-feeding. Hence, the results may be used to tailor future interventions aimed at promoting breast-feeding

The motivational determinants of breast-feeding: predictors for the continuation of breast-feeding

OBJECTIVE: The aim of this study was to evaluate the motivational determinants of the continuation of breast-feeding until 3 months postpartum. METHODS: A prospective cohort study using the Integrated Change Model in 341 women in 5 child health care centers. RESULTS: At birth, 73% of the mothers started with breast-feeding and 39% of them continued at least 3 months postpartum. Mothers who continued for 3 months differed in almost all the motivational determinants from mothers who discontinued. In the multiple logistic regression analysis, social support for formula feeding from significant others and situational self-efficacy for breast-feeding made a significant independent contribution to the continuation of breast-feeding. Among the predisposing determinants, the strongest positive predictor of continuation was the intention to return to work at 1 month postpartum. CONCLUSION: The Integrated Change Model is valid to explain and predict the continuation of breast-feeding. Hence, the results may be used to tailor future interventions aimed at promoting breast-feeding. In the discussion, we use the results to target interventions

Een professionele kijk op borstvoeding

Na de geboorte van een kind is één van de eerste keuzen waarvoor de ouders worden gesteld: hoe voeden wij ons kind? Borstvoeding is de meest natuurlijke en gezonde voeding, en de meeste moeders (91%) starten dan ook vol enthousiasme, maar na de eerste week is de borstvoeding slechts bij 80% goed op gang gekomen. Vaak haakt een aanzienlijk deel van de moeders in de periode daarna snel weer af. Te vaak nog is dat terug te voeren op een te kort schietende begeleiding van de ouders. Er is weliswaar veel informatie over borstvoeding beschikbaar, maar deze wordt gefragmenteerd aangeboden en is (lang) niet altijd evidence-based en up to date. Een professionele kijk op borstvoeding voorziet in die leemte. Anatomie, fysiologie, toxicologie en psychosociale aspecten van borstvoeding komen aan de orde, maar ook is er volop aandacht voor de klinische, de praktische en de beleidsmatige aspecten. De wetenschappelijke achtergronden zoals de immunologische werking van moedermelk – de belangrijkste reden waarom borstvoeding zo gezond is – komen aan de orde. De uitgave is bestemd voor alle professionals die zijn betrokken bij de zorg voor borstvoeding: verloskundigen, gynaecologen, kinderartsen, verpleegkundigen van de afdeling neonatologie en gynaecologie, huisartsen, nurse practitioners, artsen en verpleegkundigen werkzaam in de jeugdgezondheidszorg, lactatiekundigen, diëtisten, kraamverzorgenden en doktersassistenten en zij die daarvoor in opleiding zijn. De uitgave biedt overigens ook volop nuttige informatie voor studenten en docenten van opleidingen in de gezondheidszorg, medische studenten en co-assistenten. Met dit eerste wetenschappelijke (leer)boek over borstvoeding verwacht de redactie professionals – meer dan voorheen – op één lijn te krijgen ten aanzien van het geven van uniforme adviezen en een wetenschappelijke onderbouwing te leveren voor de overtuiging dat ‘breast is best’