"Omdat ik die moiboi ben wil je me haten, toch!" Een etnografisch onderzoek naar de sociale betekenis van het Nederlands van jongeren in multi-etnisch Amsterdam-Oost

Abstract

De ingroup-variëteit van de door mij onderzochte jongeren in de multi-etnische Amsterdamse Transvaalbuurt is, zoals elke vorm van taalgebruik, een act of identity. Door (niet) te kiezen voor deze variëteit maakt een spreker zijn gesprekspartner duidelijk dat hij (geen) affiliatie heeft met een bepaalde sociale groep. Anders gezegd geeft de spreker in kwestie op deze manier door middel van zijn taalgebruik zijn identiteit vorm. Identiteit is echter niet een vaststaand gegeven, maar wordt tijdens een interactie voortdurend geherdefinieerd tijdens dynamische sociale onderhandelingsprocessen. Doordat de relatie tussen de gesprekspartners aan verandering onderhevig is, kan op verschillende momenten in een interactie een ander aspect van de identiteit van de spreker relevant zijn om te benadrukken of juist te camoufleren. En taal is een manier om dit te bewerkstelligen. Omdat taalgebruik wordt bepaald door dynamische sociale onderhandelingsprocessen, is een onderzoeksbenadering die hier rekening mee houdt essentieel. Aandacht voor de rol van identiteit en de sociale betekenis voor de sprekers zijn onontbeerlijk voor onderzoek naar (jongeren)taal. Eerder onderzoek (vgl. Appel 1999, Vermeij 2002 etc) naar het taalgebruik van jongeren in multi-etnische urbane omgevingen hanteert echter een meer statisch perspectief en maakte gebruik van onderzoeksmethode die daarmee samenhangen, zoals enquêtes. Bovendien vindt eerder onderzoek plaats vanuit het perspectief van de onderzoeker. De sprekers komen nergens aan het woord. Terwijl juist de sociale betekenis essentieel is om het Nederlands van jongeren in multi-etnische urbane omgevingen te kunnen doorgronden. Mijn onderzoek richt zich daarom op de sociale betekenis van het Nederlands van jongeren in een multi-etnische urbane omgeving volgens de sprekers zelf. Hierbij houd ik rekening met de dynamische eigenschappen van identiteiten: etniciteit en leeftijd zijn geen statische entiteiten, maar worden interactioneel bepaald. Bij een dergelijke benadering past een andere onderzoeksmethode dan die van mijn voorgangers: etnografisch veldwerk. Door het verrichten van participerende observatie gecombineerd met het maken van geluidsopnames en het afnemen van interviews heb ik mijn hoofdvraag onderzocht. Uit mijn interviews met Brian en mijn observaties komen drie groepsgrenzen naar voren: etnische identiteit, hiërarchische positie en mentaliteit (decent – street). En passant uit Brian zijn bezorgdheid over de ingroup-variëteit: naar zijn mening gaat het gebruik hiervan uiteindelijk ten koste van het Standaardnederlands van de sprekers, vooral schriftelijk. Door de literatuur wordt het taalgebruik van jongeren echter gezien als creatief, innovatief taalgebruik (vgl. Eble 1994) en juist niet als teken van een gebrekkige beheersing van het Nederlands. De vraag is of deze aanname een kwestie is van politieke correctheid. Om deze te kunnen beantwoorden is onderzoek nodig naar de schriftelijke en mondelingen taalvaardigheid van jongeren in multi-etnische urbane omgevingen en van jongeren in het algemeen. De belangrijkste conclusie echter is dat de groepsgrenzen voor de sprekersgroep geen vaststaande entiteiten zijn, maar sociaal geconstrueerde categorieën zijn. Eerder onderzoek naar het Nederlands van jongeren in een multi-etnische urbane omgeving beschouwt etniciteit en leeftijd echter als statisch (vgl. Appel 1999, Nortier 2001 etc.). Daarbij werd dit Nederlands onderzocht vanuit het perspectief van de onderzoeker en niet vanuit de spreker. De sociale motivatie voor het taalgebruik van jongeren in multi-etnische urbane omgevingen is echter van essentieel belang om dit te kunnen doorgronden. Om een compleet beeld te kunnen geven van het Nederlands van deze jongeren is het daarom, naast het proberen vast te stellen van de lexicale, fonologische en morfosyntactische kenmerken, absoluut noodzakelijk om de sociale betekenis voor de sprekers te onderzoeken

Similar works

This paper was published in Utrecht University Repository.

Having an issue?

Is data on this page outdated, violates copyrights or anything else? Report the problem now and we will take corresponding actions after reviewing your request.